Leerovereenkomst Henk Massink

Mijn leerovereenkomst is goedgekeurd, de eerste studiepunten zijn binnen 😛
Nu kan ik aan de slag
 Dubbelklik op het plaatje om het leesbaar te krijgen, met de windows schuifbalken kan je dan de mindmap bekijken.
Toelichting per video:
Toelichting op Mindmap Leerovereenkomst
In leerarrangement 5 Toegepast onderzoek wordt de projectopdracht verder uitgewerkt. Deze leerovereenkomst heeft dan ook niet tot doel om het volledige project af te dekken, maar een begin daarvan.Van hoofdvraag en deelvragen naar leerdoelenVanuit op basis van de hoofdvraag en deelvragen zijn er een zestal leerdoelen opgesteld, waarbij leerdoel 6 op basis van de voorafgaande leerdoelen een visie zal opleveren voor de course.Van leerdoelen naar rollen

Eigenlijk kan men de leerdoelen vanuit alle 4 rollen benaderen, vanwege de beschikbare tijd is ervoor gekozen aan ieder leerdoel twee rollen te koppelen, alleen aan het “overkoepelende” leerdoel 6 zijn drie rollen gekoppeld. De aandacht binnen deze leerovereenkomst is op dit moment iets meer strategisch en wat minder gericht op de leraar zelf. Bij verdere uitwerking zal ook de rol van de leraar meer aandacht krijgen.

Nadere toelichting per leerdoel:

Leerdoel 1: ICT tools zijn vooral van belang voor de leraar zelf (hij/zij moet ze uiteindelijk gebruiken) en het ontwerp van de cursus. Vandaar de koppeling met “Excellente Leraar” en “Ondernemende ontwikkelaar”

Leerdoelen 2 t/m 5: In eerste instantie is de onderwijskundige visie van belang voor het ontwerp van de cursus en het reflecteren op de bestaande cursus, daarom is er gekozen voor een koppeling met de rollen “Ondernemende ontwikkelaar” en “Reflective practioner”.

Leerdoel 6: Zie toelichting bij leerdoel 2 t/m 5, daarnaast zal de visie ook binnen de organisatie uitgedragen moeten worden en is er een koppeling gemaakt met de rol “Begeleider en gesprekspartner voor collega’s”

Van rol naar competentie naar Indicator

In het document “Rollen van de Master Leren & Innoveren” is vastgelegd welk competenties per rol van belang zijn. In het document “Competentie- en indicatorenoverzicht” zijn verder de aan de competenties gekoppeld indicatoren beschreven. Ook is hier is er een keuze gemaakt in het aantal koppeling.

Uiteindelijk gaat het om het behalen van competenties. In de toelichting zal ik daarom beginnen met de competentie en vervolgens de koppeling aangeven naar zowel rol als indicator.

Competentie 1 Interpersoonlijke competentie.

Rol: Is vanzelfsprekend gekoppeld aan alle vier rollen. Er zal altijd met andere gecommuniceerd moeten worden.

Indicatoren: Bij het ontwikkelen van een nieuwe course is het nemen van initiatief vanzelfsprekend van belang (1.3). Daarnaast is het kunnen beargumenteren van de gemaakte keuzes belangrijk (1.4)

Competentie 2 Pedagogische competentie

Rol ontwikkelaar: Ik wil de competentie vooral inzetten bij het ontwikkelen van het onderwijs

Indicatoren: Voor het ontwikkelen van onderwijs is het toepassen van actuele kennis (2.1) en het kunnen analyseren daarvan belangrijk (2.4)

Competentie 3 Didactische competentie

Rol ondernemende ontwikkelaar en Reflective practioner: Ook ik hier wil ik deze competentie inzetten voor onderwijs.

Indicatoren: Ik zoek naar bestaande ervaringen, zie leerdoel 5 (3.2) en probeer zo effectief mogelijk te zijn (3.3)

Competentie 4 Organisatorische competentie

Rol ondernemende ontwikkelaar en Reflective practioner: Vanzelfsprekend dat organisatie hierbij van belang is.

Indicatoren: De cursus moet passen binnen het schoolsysteem (4.1) en moet ook geïmplementeerd worden (4.3)

Competentie 5 Teamontwikkelingscompetentie

Rol Begeleider en gesprekspartner voor collega’s: Cursus moet ook door anderen verzorgd kunnen worden.

Indicatoren: Zoeken naar draagkracht (5.2) en fungeren als vraagbaak (5.3)

Competentie 6 Omgevingscompetentie

Rol: Begeleider en gesprekspartner voor collega’s: bij de ontwikkeling zal ook contact zijn met het beroepenveld.

Indicatoren: Cursus baseren op nieuwe ontwikkelingen (6.1) en zoek naar contexten ook buiten de eigen omgeving (6.4)

Competentie 7 Reflectie- en onderzoekscompetentie

Rol Reflective practioner: Bij het ontwikkelen zal ook gereflecteerd worden op de lopende course (7.1) en zal er altijd een kritische houding nodig zijn (7.2)

Van indicator naar actie.

Acties en indicatoren zijn sterk met elkaar verbonden, bij het uitvoeren van acties zijn vaak meerdere indicatoren betrokken. Alle verbindingen in de mindmap opnemen is ondoenlijk. In de mindmap zijn nu een aantal verbindingen opgenomen, zodat iedere indicator en actie minimaal één maal verbonden zijn.

Reflectie

Nadat aan de leerdoelen is voldaan, kan men stellen dat er een soort stelling / mening over de didactische opzet van de course is ontstaan. Reflectiemethode “Herkaderen” http://www.reflectietools.nl/mt_herkaderen_inleiding.html lijkt dan een logische methode van reflecteren

Ook tijdens het onderzoek zou deze methode gebruikt kunnen worden om bv de bestaande course te evalueren.

Reflecteren is ook een actie en daarom als actie (nr 9) in de actielijst opgenomen.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

*

Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.